Ontmoeting met de federale Ombudsman - 3de klap (JUNI 2021)
Op 29/04/2021 hadden we opnieuw een ontmoeting met de heren Laurent DANIAUX en Bart VANDAMME, twee medewerkers van de federale Ombudsman, voornamelijk belast met fiscale aangelegenheden. Zij gaven ons uitleg bij de rol van de federale Ombudsman binnen de administratie in het algemeen en meer in het bijzonder op fiscaal vlak, en schetsten de gunstige evoluties op het vlak van de toepassing van de invorderingsprocedures. We maakten van deze ontmoeting gebruik om het probleem van de volledige beslagleggingen in het kader van de invordering van DAVO-schulden aan te kaarten.
Hier vindt u de PowerPoint die tijdens de presentatie werd getoond.(alleen in het Frans)
Het verslag van de vorige gespreksconferenties met de federale Ombudsman is HIER beschikbaar.
Wie of wat is de federale Ombudsman ?
De federale Ombudsman is vooreerst een bemiddelaar, dat wil zeggen een instantie belast met de buitengerechtelijke beslechting van geschillen, die de relaties tussen een "entiteit", doorgaans een overheidsdienst, en haar "gebruikers" tracht te verbeteren door de problemen die zich tussen hen voordoen op "minnelijke" wijze op te lossen, dat wil zeggen, zonder dat er naar de rechter hoeft te worden gestapt. De ontwikkeling van dit soort instellingen wordt sterk aangemoedigd en ondersteund door de Europese Unie, die de aanstelling van een Ombudsman als bemiddelende instantie tussen de burgers en de administratie van elke lidstaat als voorwaarde voor lidmaatschap van de EU oplegde.
De federale Ombudsman, opgericht in 1995 (maar eigenlijk pas ingesteld in 1998), is de eerste bemiddelingsinstantie die in België werd opgericht en die bevoegd is voor alle geschillen die zich op federaal niveau tussen een burger en de overheid kunnen voordoen. Het doel van de dienst bestaat erin de administratie dichter bij de burger te brengen door de vervulling van een driedubbele opdracht :
- De rol van bemiddelaar spelen bij individuele klachten,
- De werking van federale administraties onderzoeken,
- Aanbevelingen doen aan de Kamer van volksvertegenwoordigers en aan de betrokken administratie.
Sindsdien werden nog 25 andere ombudsmannen opgericht in verschillende meer specifieke sectoren zoals de post, pensioenen, gerechtsdeurwaarders of nog de geregionaliseerde bevoegdheden (Vlaams of Waals Gewest, vooralsnog niet in het Brussels Gewest, maar er bestaan plannen in die richting). Ze hebben zich georganiseerd in een netwerk en hebben regelmatig contact met ombudsmannen uit andere landen om de stem van de burgers op Europees niveau te laten doorklinken. Meer informatie over deze verschillende Ombudsmannen vindt u op de website www.ombudsman.be.
De federale Ombudsman bestaat thans uit een team van 50 medewerkers en rapporteert aan het parlement, wat zijn volledige onafhankelijkheid garandeert, aangezien zijn enige verplichting erin bestaat om jaarlijks een rapport voor te leggen aan de voorzitter van de Kamer.
In 2020 behandelde dit team meer dan 7.500 dossiers (een stijging van 10% ten opzichte van 2019) en wanneer een klacht gegrond werd bevonden, werd in 85% van de gevallen een oplossing gevonden met de administratie.
Hoe een beroep doen op de federale Ombudsman ?
Om een beroep te kunnen doen op de federale Ombudsman, volstaat het om naar zijn kantoor te stappen of hem een brief te sturen per post [1], e-mail [2] of zelfs fax [3] (zie HIER). Om alle benodigde gegevens te verstrekken, is het raadzaam om het daartoe voorziene aanvraagformulier in te vullen, maar er zijn ook bepaalde voorwaarden waaraan moet worden voldaan.
- U moet vooraf geprobeerd hebben het probleem met de betreffende administratie op te lossen. Die poging hoeft niet noodzakelijk in een weigering te zijn uitgemond, aangezien het uitblijven van een reactie binnen een redelijke termijn of een onbevredigende oplossing kunnen volstaan.
Voor wat de bewijsstukken betreft, is het raadzaam om een schriftelijk spoor te bewaren van deze eerste betwisting.
Merk op dat de meeste administraties beschikken over een interne klachtendienst om de aanvragen van burgers te behandelen en dat in dit geval de federale Ombudsman slechts kan tussenkomen in tweede lijn (bv.: de belastingadministratie). - Het aangekaarte probleem moet de klager rechtstreeks treffen. Men kan bijvoorbeeld geen klacht indienen in naam van zijn buurman of zwager. Deze voorwaarde kan echter ruim worden geïnterpreteerd, aangezien klachten ingediend door schuldbemiddelaars die optreden in het kader van het dossier van een cliënt of door verenigingen waarvan de verdediging van de burgerrechten in de statuten is opgenomen, perfect ontvankelijk zijn en zelfs als kwaliteitsvolle klachten worden beschouwd.
Let wel, de federale Ombudsman heeft niet tot doel het geschil te beslechten of juridisch advies te geven. Evenmin kan hij klachten over het optreden van de politie of rechtbanken behandelen. Desgevallend zal hij het dossier doorverwijzen naar een andere ombudsman die bevoegd is voor de sector waar de klacht meer specifiek betrekking op heeft.
Hij beschouwt elke klacht in eerste instantie als een vraag om informatie. Als het probleem daarmee niet opgelost is, zal hij vervolgens de elementen van de klacht onderzoeken en beslissen of het de moeite loont om ze in behandeling te nemen.
Ziehier een voorbeeld van een tussenkomst van de federale Ombudsman: bij een vereenvoudigd beslag op bankrekening door de FOD Financiën wordt het geld voor een bepaalde tijd op de rekening geblokkeerd, de tijd namelijk die nodig is voor de beslagleggende partij om te bepalen welke bedragen zij in beslag kan nemen en welke bedragen wettelijk niet voor beslag vatbaar zijn. Als de schuldenaar het bewijs levert van het feit dat er op de bankrekening uitsluitend niet voor beslag vatbare bedragen stonden, heeft de FOD geen reden om de blokkering van de rekening te handhaven tot het verstrijken van de wettelijke termijnen. Dat zou in strijd zijn met haar evenredigheidsplicht. Zodra de Ombudsman op de hoogte is gesteld van de situatie, zal hij tussenkomen om de vrijgave van de rekening te vragen. Maar hij zal zich daaropvolgend ook uitspreken ten voordele van een wetsvoorstel om dit probleem in de toekomst op te lossen.
Wat is de Fiscale Bemiddelingsdienst ?
De Fiscale Bemiddelingsdienst is de interne klachtendienst van de FOD Financiën. Het doel is ook hier om geschillen tussen burgers en de belastingadministratie in der minne op te lossen door de standpunten te "verzoenen". De tussenkomst van de dienst beperkt zich echter tot het dossier dat haar wordt voorgelegd; ze brengt geen verslag uit of doet geen aanbevelingen en tracht ook geen pistes aan te reiken om het voorgelegde probleem op een hoger beleidsniveau op te lossen. De Fiscale Bemiddelingsdienst kan wel de schorsing van de lopende invorderingsprocedures opleggen, terwijl de federale Ombudsman hier enkel om kan vragen.
Haar opdracht is dus complementair aan de benadering van de Ombudsman die van zijn kant eerder zal nagaan of een beginsel van behoorlijk bestuur niet is geschonden. Hij zal verder onderzoekswerk verrichten en aanbevelingen doen. Daarom is er een protocol van akkoord tussen de 1ste lijn en de 2de lijn.
In de praktijk is het aan te raden om uw klacht naar de 2 diensten te sturen, maar u kan er ook mee volstaan om contact op te nemen met de federale Ombudsman, die de klacht vervolgens zal doorsturen naar de bevoegde dienst (hetzij de Fiscale Bemiddelingsdienst, hetzij een andere ombudsman).
De normen van behoorlijk bestuur of "ombudsnormen"
De rol van een federale Ombudsman in belastingzaken bestaat er voornamelijk in de gevallen van "onbehoorlijk bestuur" op te lossen. Om te bepalen wat behoorlijk of onbehoorlijk bestuur is, heeft hij een lijst van normen ontwikkeld waaraan hij de ontvangen klachten toetst :
1. Overeenstemming met de rechtsregels
2. Gelijkheid
3. Onpartijdigheid
4. Redelijkheid en evenredigheid
5. Rechtszekerheid
6. Vertrouwen
7. Hoorplicht
8. Redelijke termijn
9. Zorgvuldigheid
10. Efficiënte coördinatie
11. Afdoende motivering
12. Actieve informatieverstrekking
13. Passieve informatieverstrekking
14. Hoffelijkheid
15. Afdoende toegankelijkheid
Meer informatie over deze ombudsnormen vindt u op deze pagina: http://www.mediateurfederal.be/nl/inhoud/ombudsnormen
Analyse van het Verslag fiscale schulden :
Ter gelegenheid van de vorige gespreksconferentie stelden de sprekers hun "Verslag belastingschulden" voor, waarin ze een aantal aanbevelingen deden en drie verbeterdoelstellingen formuleerden voor de belastingadministratie:
- de procedures voor afbetalingsplannen verbeteren
- de invorderingskosten verlagen
- de administratie toegankelijker maken, ook voor de meest kwetsbare personen
Hun aanbevelingen werden wel degelijk ter harte genomen en grotendeels opgevolgd. Ziehier enkele voorbeelden:
- Een grotere flexibiliteit bij de berekening van de bedragen van de afbetalingsplannen (ze hebben zelf het idee gelanceerd om een referentiebudget vast te leggen).
- In geval van terugkerende schulden, rekening houden met het bedrag dat op de eerstvolgende vervaldag moet betaald worden bij de berekening van het bedrag van het afbetalingsplan.
- Beter communiceren over de mogelijkheid om een ASR aan te vragen.
- Betere bereikbaarheid van de contactcenters.
- Aanwezigheid van een ervaringsdeskundige in elk contactcenter.
- Registreren van de verstrekte informatie in een 1ste formulier zodat deze later niet opnieuw moet worden opgevraagd (onaangenaam en ontmoedigend effect).
- Afbetalingsplannen kunnen nu ook telefonisch worden aanvaard.
- Vermelding van de mogelijkheid om beroep aan te tekenen bij de Fiscale Bemiddelingsdienst in elke beslissing van weigering (evenals een verwijzing naar de diensten schuldbemiddeling).
- Instellen van een controle van de gerechtsdeurwaarders via een IT-platform (zoals DIAMS in Vlaanderen) → hiervoor loopt een openbare aanbesteding.
Bepaalde aanbevelingen werden dan weer niet opgevolgd, zoals:
- De "ombudsnormen" verplicht en bindend maken (maar de administratie heeft er wel mee ingestemd om ze in haar strategieën op te nemen).
- Verbeteren van de samenwerking met de diensten schuldbemiddeling en de Fiscale Bemiddelingsdienst (de ontvangers werden ertoe uitgenodigd, maar zijn daartoe niet verplicht).
- Vermelden in de 1ste brief van de mogelijkheid om een afbetalingsplan aan te vragen (deze vermelding is reeds aanwezig in de vorige stap bij het versturen van het aanslagbiljet).
- Een contactpersoon aanstellen bij elke beslissing (dat was nochtans voorzien in de wet, maar men gaf er de voorkeur aan de wet te wijzigen in plaats van deze maatregel toe te passen).
Vereenvoudigde belastingaangifte
De sprekers vertelden ons ook over een ander onderzoek dat ze hadden gevoerd naar de problematiek van de vereenvoudigde belastingaangiften.
Daar waar deze in 85% van de gevallen correct blijken, duiken in 15% van deze aangiften terugkerende en gekende problemen op. Zo is de informatie over kinderen ten laste vaak onjuist (aantal kinderen ten laste, hypothecaire leningen, kosten voor kinderopvang, ...).
De administratie is op de hoogte van deze problemen, maar is er nog niet in geslaagd deze op te lossen. De federale Ombudsman heeft daarom gevraagd om deze terugkerende problemen op te lijsten en te communiceren, zodat de belastingbetaler in tussentijd zijn aangifte alvast in het bijzonder op deze punten kan controleren.
De federale Ombudsman pleitte verder voor het behoud van de mogelijkheid om de hulp van een concreet persoon aan een loket te kunnen bekomen voor het invullen van de belastingaangifte.
Meer informatie hierover kan u vinden op de website van de federale Ombudsman.
Invordering van DAVO-schulden
Tot slot hebben we niet nagelaten de Ombudsman te vragen naar zijn standpunt ten aanzien van de manier waarop de FOD op dit ogenblik de schulden aan de DAVO invordert. Ter herinnering, we hadden reeds vastgesteld dat de administratie ongebreideld gebruik maakt van de procedures van volledige beslaglegging in "slapende" dossiers van DAVO-schulden. Voor meer informatie hierover verwijzen wij u naar ons artikel van maart 2021 “Onrechtmatige of onevenredige beslagen door de FOD Financiën voor DAVO-schulden”:
De sprekers herinnerden ons er eerst aan dat:
- de DAVO sinds 2015 wel degelijk gemachtigd is om volledige beslagen uit te voeren zonder rekening te houden met de niet voor beslag vatbare minima, net zoals de schuldeisers van alimentatiegelden;
- noodhulp verstrekt door het OCMW de situatie op lange termijn niet oplost en hierop neerkomt dat de alimentatieschuld door het OCMW wordt betaald;
- de enige oplossing erin bestaat om met de FOD te onderhandelen over een vermindering van het beslag op basis van concrete elementen zoals het budget van de betrokken persoon.
Het probleem is dat de FOD opereert op basis van standaardprocedures die rekening houden met de specificiteit van belastingschulden, maar dat er niets geregeld is voor DAVO-schulden zodat deze niet eens in aanmerking komen voor de ASR. De meest ruime betalingsfaciliteit die normaal gesproken kan worden toegekend, is een afbetalingsplan over maximaal 12 maanden. Daarbij moet dan nog rekening gehouden worden met de bestaande maandelijkse aflossing, wat vaak onhaalbaar is bij achterstallige alimentatiegelden.
De beslissing om het beslag al dan niet te beperken en, zo ja, tot welk bedrag behoort dus toe aan elke afzonderlijke Ontvanger. Deze situatie vormt dan ook een mogelijke grond van discriminatie tussen burgers, afhankelijk van de Ontvanger waaronder zij ressorteren.
- een Ontvanger weigert om het beslag te verminderen
- een beslag werd uitgevoerd ondanks het feit dat een aanzuivering- of afbetalingplan lopende is en wordt nageleefd
- het beslag het bedrag van het leefloon overschrijdt.
Er lopen hieromtrent reeds onderhandelingen met de belastingadministratie en wij houden u vanzelfsprekend op de hoogte van de evoluties in dit dossier.
[1] de federale Ombudsman, Leuvenseweg 48 bus 6 in 1000 Brussel
[2] contact@federaalombudsman.be
[3] + 32 2 289 27 28